Back to news

Verslag Informatie bijeenkomst #2: herontwikkeling Veerdijk 44

25 april 2022

Op woensdagavond 6 april 2022 vond in De Stoomhal in Wormer de tweede buurtbijeenkomst plaats over de herontwikkeling van Veerdijk 44. Met tegen de negentig aanwezigen werd de informatieavond goed bezocht. Lees hier het verslag.

Urban Fabric Development_projecten_Veerdijk 44 wormer _ Informatiebijeenkomst 6 april Wormer

Introductie

Moderator Martine Sluijs heet iedereen in de zaal welkom bij Informatiebijeenkomst #2: herontwikkeling Veerdijk 44. De vorige bijeenkomst was op 7 september 2021 en stond in het teken van het ophalen van wensen, behoeften en bezorgdheden van omwonenden. Vanavond is de bijeenkomst opgezet om omwonenden en geïnteresseerden te informeren over de huidige stand van zaken van het project.

Martine inventariseert eerst wie er allemaal in de zaal zitten en vraagt mensen hun hand op te steken. In de zaal zitten er ongeveer 20 potentiële huurders/kopers, zo’n 8 mensen van de Gemeente en zo’n 45 omwonenden. Van de klankbordgroep zijn er circa 4 leden aanwezig.

Dan wordt procesbegeleider Lex van Dop (Objectum) uitgenodigd om op het podium te komen. Martine geeft aan dat er tijdens de eerste bijeenkomst veel informatie is opgehaald bij buurtbewoners over de omgeving en vraagt zich af wat Lex is bijgebleven.

Volgens Lex was dat onder meer:

–          Horeca die tot diep in de nacht doorgaat is ongewenst. Dit in verband met de overlast die wordt veroorzaakt door het uitgaanspubliek;

–          Hoogtes moeten worden aangepast aan de huidige bebouwing, men heeft liever geen immense toren die boven de rest uitsteekt en die niet past binnen het huidige beeld;

–          Bij het programma moet er ook aan de sociale sector worden gedacht.

Destijds heeft de projectgroep aangegeven met de bewoners van Pakhuis Java in gesprek te willen gaan, omdat zij met hun gevel en buitenruimte dicht tegen de projectlocatie aan liggen. Martine vraagt of dit ook is gedaan? Ja, geeft Lex van Dop aan. “We zijn bij een aantal bewoners langs geweest en hebben met hen gesprekken gevoerd. We hebben naar de bezwaren geluisterd en een aantal van die bezwaren waren ook terecht.”

Inmiddels is er een klankbordgroep opgericht, waar ook een aantal bewoners van Java aan deelnemen. Met deze klankbordgroep hebben er drie sessies plaatsgevonden, waarbij ze gezamenlijk het schetsontwerp hebben doorgesproken. Tijdens de klankbordsessies is er voornamelijk aandacht geweest voor licht, lucht en inkijk van boven. Dus er is speciale aandacht geweest voor dat de beoogde ontwikkeling niet al het licht van de buren wegneemt, dat er voldoende ruimte is en dat de privacy niet onevenredig wordt aangetast. Lex benoemt dat we zo goed mogelijk naar de klankbordgroep hebben geluisterd, maar dat we niet aan alle wensen konden voldoen. “Maar zoals altijd; je doet nooit genoeg.” De belofte om een klankbordgroep in te richten en met bewoners in gesprek te gaan is wel ingelost. Ook dat er aan sociaal gedacht wordt is nu bevestigd, het gebouw krijgt een woonprogramma met een mix van sociaal en vrije sector.

In gesprek met de Gemeente

Hierop volgend stelt Martine een aantal vragen aan de projectleider van gemeente Wormerland. Zoals waarom juist deze plek is gekozen om te gaan bouwen?

Dat heeft te maken met de grote opgave die de Gemeente heeft om woningen te realiseren. Er is woningnood, geeft de projectleider van de Gemeente aan. En deze plek leent zich voor een transformatie. Vanuit de provincie is de eis dat dit binnen de huidige grenzen van de bebouwing gebeurt, dus dat betekent dat er op veel plekken transformatie en inbreiding plaatsvindt. Zo ook hier.

Volgens Martine hebben alle ontwikkelingen impact op de bereikbaarheid, het parkeren en de verkeersgeneratie. Hoe wordt daarmee om gegaan? De projectleider van de Gemeente licht toe dat de Veerdijk 44 niet op zichzelf staat en dat er bijvoorbeeld met de achterliggende Zaandriehoek gekeken wordt naar alle aspecten die mogelijke knelpunten voor de omgeving kunnen zijn. Denk hierbij aan de riolering, verkeersgeneratie, parkeren etc. Op alle fronten wordt naar het project gekeken en onderzocht of het project haalbaar is. Ook op grotere schaal. Als bijvoorbeeld de riolering niet volstaat, zal er vanuit de ontwikkelende partij, in redelijkheid, een bijdrage worden gevraagd. Kortom, de impact van het project wordt meegenomen en daar wordt goed naar gekeken.

Presentatie van supervisor van de Zaanoevers Roy Bijhouwer

Martine vraagt of Roy Bijhouwer het podium op kan komen. Roy Bijhouwer is supervisor van de Zaanoevers. Hij licht toe wat de stedenbouwkundige achtergrond is van het plan. Volgens hem is de Zaanwand een mooie en waardevolle wand. “Het is een fantastisch stukje Zaan, mede door de oude Zaanbocht. De Zaan is een veenrivier, waardoor de bochten veel scherper worden en doordat de bocht zo scherp is, levert dat hele mooie zichtlijnen op de gebouwen rondom de bocht op.” Daarnaast is er geen getijwerking, waardoor de panden aan de Veerdijk op het water lijken te drijven. Roy laat een foto zien waarop dat goed te zien is. De geschiedenis van de Zaanwand is ook fascinerend, met in eerste instantie molens en vanaf de 19e eeuw de Stoomhal. Allemaal ten behoeve van het pellen van rijst en gort.

Opvallend is ook dat de oever onafhankelijk van het dorp wordt ontwikkeld. De ontwikkeling concentreert zich langs de Zaan, het achterliggende gebied blijft leeg. Rond 1990 komen de pakhuizen leeg te staan en wordt een deel van de Zaanwand gesloopt. In deze tijd worden ook de twee woontorens en de slinger van Merckenrif gebouwd. Pas omstreeks 2000 wordt het Bruinvisterrein ingericht. Dit geeft ook het belang van de Veerdijk 44 weer. Deze locatie moet een verbinding gaan vormen tussen de historische Zaanwand en de nieuwere woontorens.

De Zaanwand is door één bureau ontworpen, Van Rossem en Vuyk (tevens de architect van Carré). Doordat dit door één bureau ontworpen is, zie je ook goed de architectuurstijl versoberen door de jaren heen. Het is goed te zien dat de architecten door Berlage waren geïnspireerd. Aan de achterkant van de gebouwen wordt hoger gebouwd. Dat heeft met de uitbreiding van de pakhuizen te maken. Deze hoge uitbreiding staat in de zogenaamde ‘tweede linie’. Hierdoor vullen ze de Zaanwand aan. De twee woontorens staan in de eerste linie. Daarom vallen deze ook zo op; ze staan “koud” op de kant.

Het plan dat de Gemeente heeft opgesteld is het vertrekpunt voor de architect van Veerdijk 44. De Zaanwand is eigenlijk een hermetische muur. Op en rond de Veerdijk is het daarom belangrijk dat er naar de Zaan kan worden gegaan. En andersom van de Zaan naar het achterland toe. Er moet een hybride architectuur komen die verbinding zoekt met beide bouwstijlen. En er dient een goede wandel en fietsroute te komen die verkeer van de Zaan naar de Zaandriehoek faciliteert en andersom. Dit kan ook over het bestaande Pietersrif.

Roy geeft aan dat dit stedenbouwkundige plan een vertrekpunt is en geen randvoorwaarde. In het stedenbouwkundige plan is ook een publieke functie in de plint voorzien. De Gemeente acht het van belang dat er deuren met adressen komen en bij voorkeur ook een adres aan de Zaan; dit vergroot de levendigheid. Parkeren gebeurt (deels) onder de grond, ook om de begane grond aantrekkelijk te houden. De entree van de parkeergarage had de Gemeente in eerste instantie bedacht aan het Pietersrif, maar kan ook aan het Merckenrif gesitueerd worden voor een betere verkeersafwikkeling.

Belangrijk is ook de maatvoering van de ontwikkeling, daar worden ook vertrekpunten voor opgesteld. De locatie is goed, ook in relatie tot het openbaar vervoer. Er zijn gesprekken met de NS om de spoorbeweging te intensiveren. Daarom kunnen hier veel woningen komen. De hoogte dient aan de kant van de Zaanwand aan te sluiten op Java, maar dit komt niet op een halve meter of een meter aan. Het gaat erom dat de continuïteit van de Zaanwand geborgd wordt. Aan de achterkant mag voor 40% van het bouwoppervlak een hoogteaccent komen met ongeveer dezelfde hoogte als de watertoren van Hollandia. In de tweede linie, zoals eerder genoemd.

Het doel is ook om qua uitstraling en massa aan te sluiten bij de twee soorten bebouwing, de Zaanwand en de woontorens. In eerste instantie met de Zaanwand en in tweede instantie ook met de woontorens, in die volgorde. In het eerste schetsontwerp van de architect is er een massa gepresenteerd met aan alle zijden een terugspringend karakter. Dit deed volgens Roy erg denken aan een bruidstaart, hoe hoger hoe kleiner het gebouw. Dat is vanuit stedenbouwkundig opzicht onwenselijk, want dan weekt het gebouw zich los van de wand en de massa. Het tweede schetsontwerp is meer een rechte massa, dat past beter in het grote geheel. In het tussenstuk is nog wel een bruidstaart-principe toegepast, dit geeft meer ruimte tussen de gebouwen.

Martine vat samen: “Jij hebt dus echt kaders meegegeven voor de onderwerpen waar de Gemeente echt waarde aan hecht.” Dat klopt, zegt Roy. Wij hebben belangrijke uitgangspunten meegegeven. Dit zijn echter geen eisen. De supervisor adviseert op punten die de Gemeente belangrijk vindt. Het is een zoektocht, waarbij niets in beton is gegoten en is vastgesteld. Hiervoor zullen we samen met de architect optrekken.

Schetsontwerp door architect Donna van Milligen Bielke

Na de presentatie van Roy Bijhouwer wordt de architect van het project, Donna van Milligen Bielke, gevraagd het ontwerp toe te lichten. Donna benadrukt dat dit schetsen uit een vroeg stadium zijn, om te bepalen waar men tegenaan gaat kijken en wat de randvoorwaarden zijn. Er is nog geen architectuur bedacht, het gaat hier echt om de kaders en de uiterste vormen, niet om de details. In het ontwerp probeert Donna verbinding te zoeken met hoogtes. Maar het is ook het doel om de publieke ruimte te betrekken. Dat is de openbare ruimte. Het huidige bestemmingsplan staat een op de gehele kavel groot bouwblok van 9 meter hoog toe. Donna licht de zoektocht naar de aansluiting toe. Aan de westkant staan de torens en het fijne groene gebied, aan de oostkant de kade met de mooie historie. Deze kwaliteiten wil je verbinden.

In het eerste ontwerp is volgens Donna vooral de aandacht naar deze openbare ruimte gegaan met een groenstrook aan de westzijde en een plek aan de Zaan in het oosten. Met hoogteaccenten heeft Donna aansluiting gezocht met de bestaande bebouwing. Na advies van Roy is het bruidstaartprincipe weggelaten, wel is die nog aanwezig in het middendeel van het gebouw voor de zogenaamde ‘Plek’ om daarmee de buren meer ruimte te geven.

De verstaffeling is wel behouden gebleven, dit is ook in de historische Zaanwand terug te zien. Door in de tweede linie achter de ‘Plek’ een hoogteaccent toe te voegen, lijkt het van een afstand dat de Zaanwand compleet wordt gemaakt. Afhankelijk van de positie ten opzichte van het gebouw lijkt deze los van de wand te staan of juist verbonden te zijn met de wand.

Martine stelt de vraag over waar de woningen en waar de andere functies gesitueerd zijn. Er wordt gewoond aan de Zaan en er komen andere functies op de begane grond aan de Merckenrifzijde. Dan volgt er een vraag uit het publiek over het afmaken van de wand, want deze is al af. Waar komt het idee vandaan dat die niet af is? Roy antwoord dat het de vraag is waar het gebouw bij hoort. Het zou familie moeten zijn van de gebouwen aan de oostzijde. Er wordt niet tegenaan gebouwd. Het gaat er om dat er iets moet komen en dat moet je ergens op laten aansluiten. Dan wil je niet verbinden met de torens op het westen, maar met het oostelijk deel van de Zaanwand.

 

Programma van het gebouw

Er is in de zaal nog wat onduidelijkheid over horeca, want in de eerste bijeenkomst en door de klankbordgroep is aangegeven dat dat ongewenst is. Jan Thijs Klaassen, ontwikkelaar bij Urban Fabric Development, antwoordt dat gezien de prachtige locatie horeca een “no brainer” leek. Daar bleek toch veel bezwaar tegen te zijn. Dat had vooral te maken met overlast ’s avonds van (voornamelijk) jongeren die op straat blijven hangen. Dus avondhoreca zal het niet worden. Een lunchroom of daghoreca is nog niet afgeschreven. Het moet in ieder geval niet tot overlast leiden.

Dus de invulling kan daghoreca zijn of een gezondheidscentrum, een klein supermarktje of een dependance van de bibliotheek. Er is nog geen definitieve keuze hierover gemaakt, ook niet over de precieze locatie van deze functie. Dit is ook allemaal afhankelijk van de entrees van het gebouw, want ook de woningen hebben meerdere entrees nodig. Hier moet een logische indeling voor komen.

Er wordt gevraagd hoeveel woningen er komen. De bandbreedte ligt nu tussen 80 en 120 woningen. Dit is een richtlijn die binnen de volumes en massa wordt gerealiseerd. Dit is ook afhankelijk van de parkeernorm. Tenminste 30% zal sociaal worden, dat is een harde eis.

Parkeren

Vanuit het publiek wordt de vraag gesteld om de parkeernorm te verhelderen. Het realiseren van parkeerplaatsen is een balans tussen wat een project oplevert en hoeveel de realisatie kost, geeft Jan Thijs aan. Ondergronds parkeren is een dure zaak. Per woningtype is er een andere parkeernorm, grotere woningen hebben een hogere norm, kleinere woningen een lagere norm. De parkeernorm ligt per woning ongeveer tussen 0,5 en 2,0. Parkeren zal daarom een van de leidende factoren zijn voor het bepalen van het programma. Dan volgt er een vraag uit het publiek of alle parkeerplaatsen worden voorzien van elektrisch laden. In principe is het logisch hierop voorbereid te zijn, geeft Jan Thijs aan.

Duurzaamheid

Martine informeert naar hoe er verder om wordt gegaan met het verduurzamen. Je ziet veel bewegingen i.r.t. duurzaamheid. Je moet het gebouw voorbereiden op de toekomst. Bijvoorbeeld door gasloos te bouwen, idealiter helemaal zelfvoorzienend. Met een WKO-installatie en zonnepanelen. Dit zijn allemaal mogelijkheden en er zijn ook eisen. Daar gaat Urban Fabric Development mee aan de slag.

Afronding

En hoe ziet het vervolgproces er nu uit? We werken nu toe naar een bestemmingsplanwijziging, licht Jan Thijs toe. Er zullen meerdere onderzoeken worden gedaan, dit zijn bijlagen van het bestemmingsplan. Na die procedure gaan we kijken welke plannen haalbaar zijn. Na de zomer kunnen we verder gaan met het uit-ontwikkelen en het ontwerpen van het gebouw. Daarbij kan de invulling van de ‘Plek’ (gedeeltelijk) in co-creatie worden gedaan. Hierbij kunnen direct belanghebbenden, potentiële bewoners en omwonenden meedenken met het ontwerp en het maken van de plek. Dit zal na de zomer worden. Vanuit de nieuwsbrief zal deze uitnodiging voor co-creatie ook worden verstuurd.

Martine wil afsluiten met een hartenkreet van de ontwikkelaar. Jan Thijs: “Hopelijk zien mensen dat we aansluiten bij de prachtige wand. Dat onze toevoeging net zo wordt gewaardeerd als een echt mooi stukje Zaanwand. Daar zullen wij veel aandacht en energie in stoppen.”

Daarna worden de aanwezigen uitgenodigd om tijdens de borrel nog even na te praten en eventuele vragen aan de Gemeente en ontwikkelaars zelf te stellen.

Heeft u algemene vragen of opmerkingen over dit verslag? Mail deze naar
veerdijkwormer@urban-fabric.nl.