Terug naar nieuws

Verslag bijeenkomst Voortborduren op de Buurt

14 september 2021

Op dinsdagavond 7 september 2021 vond in De Stoomhal in Wormer de eerste buurtbijeenkomst plaats over de herontwikkeling van Veerdijk 44. Met tegen de honderd aanwezigen werd de informatieavond goed bezocht. Lees hier het verslag.

 

Urban Fabric Development_nieuws_bijeenkomst wormer_voortborduren op de buurt

 

Begeleider van de informatieavond Martine Sluijs opent de bijeenkomst ‘Voortborduren op de buurt’ en heet alle aanwezigen welkom. Ze licht de opzet van de avond toe: eerst is er een gesprek met ontwikkelaar Jan Thijs Klaassen (Urban Fabric Development), dan komt architect Donna van Milligen Bielke aan het woord en daarna projectleider van de gemeente Arnold Weijs. Dan is het tijd om verhalen op te halen van omwonenden. De bedoeling is om uiteen te gaan in groepen en te praten over de kwaliteiten en uitdagingen van de plek vanuit bewonersperspectief. Aansluitend licht projectmanager Lex van Dop (Objectum) toe wat de stappen in het ontwikkelproces gaan zijn. Tenslotte is er ruimte voor het stellen van vragen.

Als eerste spreekt Martine met de betrokken projectontwikkelaar Jan Thijs Klaassen, partner bij Urban Fabric Development, de partij met wie gemeente Wormerland op 5 juli 2021 een intentieovereenkomst heeft getekend. Jan Thijs introduceert zichzelf. Hij heeft de afgelopen tien jaar als projectontwikkelaar gewerkt voor o.a. ASR Vastgoed Ontwikkeling en MRP. Daar heeft hij projecten geleid zoals het IJDock in Amsterdam en de Kruisvaartkade en Cartesius Driehoek in Utrecht. In 2019 leerde hij David Smidt van Gelder en Freek Waltmann kennen, met hen heeft hij samen Urban Fabric Development opgezet. Urban Fabric heeft op dit moment vijf projecten in haar portfolio, met name in Amsterdam en omgeving. Als Martine vraagt wat Jan Thijs belangrijk vindt bij stedelijke ontwikkeling geeft hij aan dat hij altijd kijkt naar wat een plek nodig heeft, “wat we kunnen toevoegen op de locatie. Projectontwikkeling zit ‘m voor ons in drie fasen: eerst ontrafelen, dan ontwikkelen, dan ontketenen”. Als ontwikkelaar wil hij eerst de buurt, de omgeving ontrafelen, zodat hij begrijpt waar de behoefte ligt. Pas dan komt ontwikkelen aan de beurt. Hiermee hoopt Urban Fabric uiteindelijk iets te ontketenen: met ieder project willen ze positieve verandering brengen. Belangrijk hierbij is de inspraak van bewoners en hoe zij graag willen “voortborduren op de buurt”.

Martine introduceert architect Donna van Milligen Bielke. Zij is door Urban Fabric geselecteerd om het ontwerp te gaan maken. Donna werkt hiervoor samen met architect Ard de Vries. Zij geeft aan dat bij al haar projecten de identiteit van een buurt of omgeving belangrijk is voor het ontwerp van een gebouw. “Je kijkt altijd naar de omgeving, een ontwerp moet daarin passen.”

Een aantal mensen uit het publiek wordt wat rumoerig en begint over de afbeelding die eerder gedeeld is, een massastudie van Buro Ruim. Jan Thijs legt uit dat dit beeld in een eerder stadium enkel als praatplaatje is gebruikt met de gemeente, maar dat het beeld geen status heeft en er ook nog geen plan is. Omwonenden laten weten dat de afbeelding voor veel onrust heeft gezorgd. Men is bang dat de nieuwe ontwikkeling teveel schade aan hun huidige leefomgeving veroorzaakt.

Na de bewoners kort de gelegenheid te hebben gegeven om hun zorgen te uiten, nodigt Martine Arnold Weijs uit. Vrijwel direct onderbreekt iemand uit de zaal Arnold en Martine. Er wordt gevraagd of er kaders zijn. “Die zijn er niet, want er is nog geen bestemmingsplan”, reageert Arnold. De zaal begrijpt niet waarom de Zaandriehoek wel een bestemmingsplan heeft en de Veerdijk niet. Ook hier komt weer duidelijk de angst naar voren dat er een gigantische woontoren wordt neergezet die de rest van de omgeving het licht en zicht ontneemt.

Arnold legt uit hoe het Kavelpaspoort tot stand is gekomen (afstudeerproject van een stagiair bij de gemeente) en dat deze geen juridische status heeft. Hij geeft aan dat de wethouder toentertijd te snel is geweest en dat deze daarvoor zijn excuses heeft aangeboden. Arnold hoopt hiermee dit hoofdstuk te kunnen sluiten en met een leeg canvas opnieuw te kunnen beginnen met buurt en ontwikkelaar. De zaal is nog niet tevreden en blijft vragen stellen. In gesprek met Martine moet Arnold terugkomen op de opmerking dat er geen kaders zijn. Er is nog geen bestemmingsplan, maar er zijn wel degelijk kaders vanuit gemeentelijk beleid. Denk hierbij aan parkeernormen en het woonprogramma. Dan wordt duidelijk: Urban Fabric moet zich aan bestaande regelgeving en bouwbesluit houden, net zoals ieder ander project. Er ontstaat een discussie over het eigendom van het perceel. Jan Thijs geeft aan dat Urban Fabric met de eigenaar van het perceel een samenwerkingsovereenkomst heeft gesloten.

Martine wil graag dat iedereen aan het woord kan komen en stelt voor om nu over te gaan naar het interactieve deel. De zaal wordt gevraagd in groepen uit elkaar te gaan en aan de tafels op de papieren kaart aan te geven wat ze nu van de Veerdijk en omgeving vinden. De opmerkingen van de omwonenden wordt genoteerd op de posters waarop de kavel en het omringende gebied zijn afgedrukt.

 

De opdracht was als volgt:

RONDE 1 – 20 MINUTEN – GOEDE EN MINDER GOEDE PLEKKEN (HEDEN)

Markeer op de kaart plekken met groen die je heel mooi en prettig vindt, waar je graag bent, die je koestert. Vertel iets over die plek.

Markeer op de kaart plekken met roze die beter kunnen, die onprettig zijn. Vertel iets over die plek.

RONDE 2 – 20 MINUTEN (TOEKOMST EN SAMENWERKEN)

Markeer op de kaart de plekken met blauw waar je grote kansen ziet om samen aan te werken, waar je zelf al initiatieven neemt of waar je dit eigenlijk wel zou willen.

Laatste 10 minuten rondje:
– wat zou je super graag willen terugzien in jouw woonomgeving?
– wat is je allergrootse bezorgdheid?

Eenmaal aan tafel, beginnen de buurtbewoners direct met het uiten van hun zorgen. “De Zaanwand is mooi en omdat er genoeg ruimte zit tussen de gebouwen, is er mooi zicht op het water”, geven omwonenden aan. “Dat gaat straks misschien veranderen. En wat gaat de nieuwe ontwikkeling betekenen voor de parkeersituatie en de ontsluiting? De toegangswegen zijn nu al druk, zeker als de brug open is.”

De opmerkingen worden genoteerd en her en der op post-its op de posters geplakt. Hier volgt een opsomming van de opmerkingen en inbreng die geleverd is vanuit de omwonenden.

 

Mooie plekken in de omgeving, gemarkeerd met de groene stift:

– Het water en het uitzicht over de Zaan.

– De historische Zaanwand is niet alleen aan de voorzijde maar ook aan de achterzijde erg mooi.

– Goede zichtlijnen vanuit het Merckenrif vanwege de ‘lucht’ tussen de gebouwen, daardoor is er goed zicht op de Zaan.

– Het groen van de groenstrook rondom de punt wordt gezamenlijk goed onderhouden.

– De scheepswerf en woonboten, waar er lekker wat levendigheid is en de mensen lekker aanrommelen.

– Het groen achter de projectlocatie waar men graag wandelt en die mooi aansluit op de natuurgebieden.

– Wormerveer heeft veel fijne horeca.

 

Mindere plekken in de omgeving, gemarkeerd met de roze stift:

– Parkeren: Parkeernorm moet omhoog. Wij zijn geen autodelers. Onze bezoekers parkeren nu tussen de gebouwen, als er straks een gebouw bijkomt, hoe moet dat dan? Waar gaan ook hun bezoekers parkeren? Ook wordt er parkeerdruk ervaren tijdens evenementen, zoals tijdens activiteiten in De Stoomhal.

– Infrastructuur en ontsluiting: De toegangswegen zijn nu al vrij druk, na de bouw van de Zaandriehoek nog meer. Er als er straks op de Veerdijk 44 wordt gebouwd, hoe moet dat met al dat bouwverkeer? Als de Zaanbrug open is, staan de wegen vast. Er moet aandacht zijn voor de afwikkeling van de verkeersstromen en mobiliteit (o.a. opstopping bij de brug). Ook is het voet- en fietspad bij de brug slecht ingericht op dit gebruik (lang wachten, geen aansluiting op voetpad). De bestrating moet de nodige aandacht krijgen. De fietsstraat is een geweldige verbetering maar de ‘ronde’ straten zijn voor scootmobiels onprettig.

– De woonboten: omdat deze aan landjepik doen en zich steeds meer grond toe-eigenen. Een deel van de woonboten zou een plaats aan de andere zijde moeten krijgen. Sommige woonboten zien er niet uit.

– De kade oogt niet schoon. De schoeiing is op delen momenteel niet goed.

– De scheepswerf ziet er oud, verroest en slecht onderhouden uit.

 

Kansen in de omgeving, gemarkeerd met de blauwe stift:

– Wandelpromenade. Dit heeft de gemeente ooit beloofd maar is er nog nooit van gekomen, sommige mensen zouden graag langs de Zaan willen kunnen wandelen. Autoluw wandeldeel aan de Zaan vóór de torens is prettig.

– Aansluiting op de natuur. De projectlocatie ligt dicht bij natuurgebieden zoals Het Zwet. Door het huidige groen/park via de wandelpromenade aan te laten sluiten op deze natuurgebieden, wordt het een prettige locatie, ook om te wandelen.

– Meer groen, ook bijvoorbeeld door op het gebouw met verticaal groen te werken aan de wand waar de Java-bewoners op uitkijken. Dat is een prettig uitzicht, is duurzaam en versterkt de biodiversiteit. Het verbindt ook de historische bouw en innovatieve nieuwe vormen van gebouwen.

– De historische waarde van de plek herstellen.

– Verbinding tussen oud en nieuw. Men ziet dat er een groot contrast is tussen de nieuwe torens en de oude pakhuizen. Het zou mooi zijn als het project hiertussen kan verbinden.

– In de Zaandriehoek iets voor kinderen realiseren.

– Ik ben blij dat het lelijke gebouw weggaat. Deze plek verdient het om ontwikkeld te worden, ik zou er graag iets willen kopen.

– In of rond het gebouw een ontmoetingsruimte en stalling voor scootmobiels.

– Pakhuis Herinnering wordt gerenoveerd met oog voor het verleden.

– Er is behoefte aan rust (te midden van de reuring).

 

Opsomming van bezorgdheden:

– Hoogte en footprint van het gebouw: we willen geen 15 etages en niet hoger dan de huidige pakhuizen. We willen niet dat het gebouw te dicht op het Java Pakhuis komt te staan zodat er voldoende zuurstof en licht behouden blijft, ook voor de geveltuin van het Java Pakhuis. Als de ruimte tussen het project en de wooncomplexen aan beide zijden te klein zou worden, zou dat als onprettig worden ervaren.

– Woonprogramma: Er is horeca richting de brug, er is weinig vraag naar horeca in de plint van het woongebouw zelf, i.v.m. overlast. Ook is een supermarkt o.i.d. niet gewenst vanwege de extra verkeersgeneratie. Graag aandacht voor betaalbare woningen. 30% sociale huur, 10 -20% middelhoge huur en goedkopere koopwoningen. We willen geen mensen van buitenaf die voegen weinig toe aan de omgeving en zijn er alleen om te slapen.

– De horeca/discotheek aan de Veerdijk zorgt voor overlast. Vooral omdat al het geluid weerkaatst wordt over de Zaan. Men is bang dat bij de verkeerde invulling dit versterkt wordt.

– Afval moet goed worden opgelost.

Martine roept alle aanwezigen weer bij elkaar om de tafelsessies samen te vatten. Bovenstaande punten worden (deels) ook gedeeld door de mensen aan de andere tafels. De zaal is inmiddels wat meer tot rust gekomen en heeft hun zorgen kunnen uiten richting de projectontwikkelaar, architect en de gemeente.

Lex van Dop wordt geïntroduceerd als projectmanager en er wordt gevraagd naar het proces. Hij geeft uitleg over de planning (zie beeld uit de presentatie). Hij geeft aan dat er een klankbordgroep wordt opgezet. Geïnteresseerden kunnen zich aanmelden om mee te denken en te praten over het project. Lex geeft aan dat we nu in de haalbaarheidsfase zitten. Dat betekent dat er gekeken wordt naar of het project haalbaar is of niet. En ja, er zal een massastudie worden gedaan in de komende 4 maanden. “Je moet wat basisvormen hebben voor de bestemmingsprocedure. Met contouren kun je kijken of iets haalbaar is. Die basisvormen gaan we met jullie bespreken. Dan zal er een bestemmingswijziging worden doorgevoerd.”

In reactie hierop vraagt Martine of er ook met de kleur van de bakstenen meegedacht kan worden. Lex geeft aan dat er “zoveel mensen, zoveel wensen” zijn en dat over smaak niet te twisten valt. “De één vindt die kleur mooi, de ander die. Dus nee, er kan niet over de esthetiek van het ontwerp meegedacht worden. Wel over zaken die in het bestemmingsplan komen.”

Daarna vraagt Martine of er nog vragen zijn vanuit de zaal. Dit blijkt niet het geval. Martine geeft aan dat gegadigden voor de klankbordgroep zich na afloop ter plekke kunnen aanmelden. Dat doen direct acht gegadigden. Tijdens de afsluitende borrel wordt er volop met elkaar doorgesproken over alle onderwerpen en is deze bijeenkomst als eerste contact met de buurt een feit.

Heeft u algemene vragen of opmerkingen over dit verslag? Mail deze naar veerdijkwormer@urban-fabric.nl